Als stadsbestuur vinden we het belangrijk dat elke burger kan wonen in een gezonde en veilige woning met een minimum aan comfort. Naast wooncomfort streven we ook naar duurzaam wonen, met zo weinig mogelijk energiegebruik en zo laag mogelijke energiefacturen. Deze doelstellingen zijn al een uitdaging op zich, maar daarnaast willen we ook nog eens inzetten op betaalbaar wonen. Eén van de middelen om deze doelstellingen te behalen is de opknappremie van de stad. Met de opknappremie ondersteunen we initiatiefnemers voor het verhogen van de kwaliteit van de woning en zorgen we voor een duurzamer woningpatrimonium. Daarom nemen we een aantal nieuwe maatregelen op in het reglement, corrigeren we op sociaal vlak en verhoogden we ook het budget voor de opknappremie. Daarnaast stimuleren we verhuurders ook om te investeren in kwaliteitsvolle woningen op de huurmarkt.
De huidige opknappremie bestaat sinds 2006 en werd voorafgegaan door de functionele verbeterpremie. Jaarlijks is er gemiddeld 1.900.000 euro geïnvesteerd in die opknappremie. Dat budget voor de opknappremie hebben we nu verhoogd naar een jaarlijks budget van 2.560.000 euro, dat is maar liefst een stijging met 35%. Het verhoogde budget moet het mogelijk maken tot 1.000 woningen per jaar een premie te kunnen geven. Tot nu waren er gemiddeld 840 dossiers per jaar voor een opknappremie. Dat is nodig want Brugge heeft immers een relatief oud woningpatrimonium. Elke woning die beter wordt gemaakt is winst.
Deze premie van de stad is complementair aan de verschillende premies van andere overheden of organisaties en is bovenop de fiscale maatregelen en andere initiatieven van onder andere de Vlaamse overheid. De stad legt uiteraard ook eigen accenten. Zo breiden we de doelgroepen uit voor een reeks werken en zorgen we ook voor investeringen in geluidsisolatie, ventilatie, inbraakpreventie, valbeveiliging, waterbeheer en een warmtewisselaar voor het warmtenet. Daarnaast wordt de doelgroep uitgebreid voor sanitair, levenslang wonen, dakbedekking, weren van opstijgend vocht en voor elektrische installaties.
Nieuw in het reglement ten opzicht van de vorige opknappremie zijn:
- Ventilatie (een maatregel die zowel zorgt voor een gezond binnenklimaat als bijdraagt aan een energiezuinige woning)
- Hoog rendementsglas (naast isolatie een zeer evidente maatregel om de woonkwaliteit en de duurzaamheid te verhogen)
- Gescheiden riolering en infiltratievoorzieningen (samen met de regenwaterput en het groendak moeten deze nieuwe maatregelen zorgen voor een adaptatie aan overvloedige regenbuien. De gescheiden riolering draagt daarenboven ook bij aan de kwaliteit van het leefmilieu)
- Energieopwekkende installaties (een forfaitaire subsidie voor warmtewisselaars, warmtepompen, warmtepompboilers en zonneboilers moeten de stimulans zijn om te investeren in deze CO2 neutrale installaties. Ze komen op het einde van de rit, na isolatie en na het plaatsen van HR-glas).
Daarnaast hanteren we niet langer het kadastraal inkomen als criterium om woningen wel of niet te betoelagen maar richten we ons op de inkomens van de mensen. Wie onder een bepaalde grens scoort krijgt een hogere premie, wie een beroep doet op het statuut van de verhoogde tegemoetkoming een nog hogere premie. Wie boven de inkomensgrens zit kan voor zijn eigen woning een beroep doen op maatregelen voor duurzaamheid en levenslang wonen. We ondersteunen dus wie dat het meeste nodig heeft ook het meest. De inkomensgrens stemmen we af op de Vlaamse renovatiepremie. Geïndexeerd zijn dat volgende bedragen voor 2022:
- Alleenstaand: 45.690 euro
- Alleenstaande met 1 persoon ten laste: 65.270 euro
- Samenwonend: 65.270 euro te verhogen met 3.660 euro per bijkomend persoon ten laste
De vernieuwde opknappremie zet in het bijzonder ook in op huurwoningen. Om het sociaal verhuur te stimuleren via een sociaal verhuurkantoor, sociale huisvestingsmaatschappij, woonmaatschappij of andere door de stad erkende sociale organisatie (naast de 2 SVK's ook Huizen van Vrede vzw), zetten we daar een premie van 45% tegenover. De private huurmarkt krijgt een premie van 25%. We zetten voor huurwoningen in op zowel kwaliteitscriteria als op duurzaamheidsnormen. We willen namelijk dat de huurder een kwaliteitsvolle en energiezuinige woning kan huren met een lage energiekost. De inkomensgrens speelt hier dus geen rol.
Omdat een mindere kwaliteit niet beperkt is tot de oudere woningen maar ook recentere woningen nood hebben aan ingrepen verlagen we de leeftijd van het gebouw van 40 naar 15 jaar. Voor levenslang wonen brengen we dat naar 1 jaar om mensen die recent hebben gebouwd en hun woning door omstandigheden moeten aanpassen daar ook toe gestimuleerd worden en kunnen blijven wonen waar ze dat graag willen. Dat kan bijvoorbeeld gaan om een persoon die een ongeluk gehad heeft, waardoor die minder mobiel is en de woning daardoor moet aangepast worden.
Brugge versterkt ook de Vlaamse premies voor energieopwekkende installaties en speelt hierbij in op de Brugse sterkte, namelijk de ambitie om het warmtenet verder uit te bouwen. Daarom ondersteunen we ook de warmtewisselaar voor het warmtenet. Voor andere toestellen merken we dat de kost hoog is en dat een extra investering bovenop de Vlaamse premie wenselijk is om een versnelling hoger te schakelen. Brugge wil immers tegen 2050 fossielvrij zijn. Voor energieopwekkende installaties moet de woning gebouwd zijn voor 2014. Dat is het moment waarop de Vlaamse regelgeving verplichtte om een energieopwekkende installatie in het bouwproject te integreren. Alle woningen van na 2014 hebben dus al geïnvesteerd in energieopwekkende installaties of zouden dat gedaan moeten hebben om aan de EPB-eisen te kunnen voldoen. Wie strafpunten op de EPB heeft genomen komt bijgevolg niet in aanmerking voor een premie.
Hierbij een overzicht:
We breiden ook het derdebetalerssyteem uit. Voortaan zullen alle aannemers er mee kunnen werken en niet enkel de sociale-economiebedrijven. Het derdebetalerssysteem is een succesverhaal en blijkt administratief haalbaar. We vereenvoudigen het doordat er niet langer eerst een overeenkomst moet zijn tussen de stad en de aannemer. Daardoor wordt het ook toegankelijker en kan het algemener. De aannemer en de bouwheer komen overeen dat de premie rechtstreeks betaald kan worden aan de aannemer.
Dat we werk maken van een kwalitatief en betaalbaar woningbeleid blijkt niet enkel uit deze hernieuwde opknappremie. We investeren ook in de uitbreiding van ons team wonen. Een nieuw gezicht hier is Mark Vandenbossche. Hij vervoegt ons team vanaf februari en zal als diensthoofd de woondienst in goed banen leiden. Samen met het hele team zijn we vastbesloten onze voorgestelde doelstellingen te halen en elke burger een gezonde, veilige en comfortabele woning te bieden die ook betaalbaar blijft.